Oosterzele genomineerd als Fietsgemeente 2015

Negen Vlaamse steden en gemeenten zijn door een deskundige jury onder leiding van de VSV (Vlaamse Stichting Verkeerskunde) genomineerd als Fietsgemeente/Fietsstad 2015. In totaal 34 steden en gemeenten schreven zich in voor de tweede editie van deze wedstrijd, waarmee de VSV, het Departement Mobiliteit en Openbare Werken en Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts steden en gemeenten willen aansporen om een goed lokaal fietsbeleid te voeren. In juni worden de winnaars bekendgemaakt. Oosterzele is een van de 9 genomineerden. Schepen van mobiliteit Christ Meuleman vindt dat de gemeente fier mag zijn op het fietsbeleid van de afgelopen én de komende jaren.

De fietsgemeente, een titel uitgereikt door het VSV (Vlaamse Stichting Verkeerskunde)

De fietsgemeente, een titel uitgereikt door het VSV (Vlaamse Stichting Verkeerskunde)

Fietsgemeente/Fietsstad 2015 is een initiatief van de VSV in samenwerking met het Departement Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse overheid, waarvoor alle steden en gemeenten in Vlaanderen zich afgelopen najaar kandidaat konden stellen. De deelnemers dienden een tiental vragen te beantwoorden waarbij werd gepeild naar hun fietsrealisaties van de voorbije jaren en hun concrete toekomstplannen inzake fietsbeleid. De kandidaturen werden ingedeeld in drie categorieën op basis van het inwonertal en beoordeeld door een vakjury onder het voorzitterschap van de VSV. De jury nomineerde drie kandidaten per categorie, zij gaan door naar de volgende ronde en dingen mee naar de titel Fietsgemeente/Fietsstad 2015:

Categorie 1 – meer dan 50.000 inwoners: Antwerpen, Gent en Sint-Niklaas

Categorie 2 – tussen 20.000 en 50.000 inwoners: Deinze, Kontich en Sint-Truiden

Categorie 3 – minder dan 20.000 inwoners: Boechout, Kampenhout en Oosterzele

‘De kwaliteit van de ingestuurde dossiers was opvallend hoog. Vaak bevatten ze interessante ideeën om het fietsbeleid verder te verbeteren, een bewijs dat het thema in Vlaanderen volop leeft’, aldus juryvoorzitter Eddy Klynen (VSV). Naast de VSV zetelden het Fietsberaad Vlaanderen, de Fietsersbond, het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, de Provincie Vlaams-Brabant en een docent van de Hogeschool voor Verkeerskunde in de jury.

Ook Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken Ben Weyts is verheugd over het belang dat steden en gemeenten aan fietsbeleid hechten: ‘Ik wil dat er meer gefietst wordt. Dat is gewoon beter voor mens, voor milieu en zelfs voor onze economie. Maar dan moet fietsen wel vlot en veilig kunnen. Het is belangrijk dat steden en gemeenten een duidelijke totaalvisie hebben over hun fietsbeleid. Ik ben blij om te zien dat er lokaal steeds meer nagedacht wordt over goede fietsinfrastructuur. Het doet me plezier dat er zoveel sterke dossiers voorliggen. Samen met alle Vlaamse steden en gemeenten zullen we de komende jaren blijven investeren in een integraal fietsbeleid’, aldus minister Weyts.

Bij de negen genomineerden vindt de komende maanden een terreinonderzoek plaats waarbij het fietsbeleid in detail wordt geëvalueerd. Daarna komt de jury opnieuw samen om de winnaars aan te duiden. Naast de prijs die door de vakjury wordt toegekend, is er dit jaar ook een publieksprijs. Van 21 maart tot en met 21 juni kan iedereen daarvoor zijn stem uitbrengen opwww.fietsgemeente2015.be.

Fietsgemeente/Fietsstad 2015 biedt een unieke kans om het fietsvriendelijke imago van de stad of gemeente een flinke impuls te geven, na te denken over het gevoerde fietsbeleid en ervaringen uit te wisselen tussen steden en gemeenten onderling. De winnaars krijgen vanwege de Vlaamse overheid een subsidie van 50.000 euro, een bedrag dat te investeren is in fietsvoorzieningen. Bij de eerste editie van de wedstrijd, die in 2012 plaatsvond, ging de prijs naar Antwerpen, Mortsel en Boechout. Op 23 juni maakt Vlaams minister Weyts bekend welke steden en gemeenten zich Fietsgemeente/Fietsstad 2015 mogen noemen.

Share Button

Looplijnen door het land van Oosterzele

Onder deze titel presenteert de Werkgroep Trage Wegen Oosterzele haar visie op de ontwikkeling en gebruik van de Trage Weg in Oosterzele. Als onafhankelijke werkgroep levert zij hiermee een bijdrage aan een gemeentelijk project voor het grondgebied van Gijzenzele-Landskouter-Moortsele.

Vanuit het idee: “Een beeld zegt meer dan duizend woorden”, stelde de werkgroep voor dit gebied een gedetailleerde kaart samen. Op deze kaart zijn een aantal mogelijke ”looplijnen” uitgezet, waarmee verbindingslijnen bedoeld worden voor wandelaars of fietsers, die toelaten interessante uit elkaar liggen plaatsen te verbinden. Deze looplijnen zijn zo uitgezet dat ze zoveel mogelijk gebruik maken van Trage Wegen, en daar waar dat niet mogelijk is, ze de ‘snelle weg’ kiezen. Bij het uittekenen van deze looplijnen ontstaat er als vanzelf een netwerk waarin grotere en kleinere lussen zichtbaar worden.

bovenop deze kaart van Noord-Oosterzele, met de inventarisatie van toegankelijke (groene) en niet-toegankelijke (rode) trage wegen, tekende de werkgroep "looplijnen" (dik oranje)

bovenop deze kaart van Noord-Oosterzele, met de inventarisatie van toegankelijke (groene) en niet-toegankelijke (rode) trage wegen, tekende de werkgroep “looplijnen” (dik oranje)

Naast deze kaart gaat de groep in een Visietekst, die u hieronder terugvindt, nog eens verder in op achtergronden en het ontstaan van deze kaart. Alle details, met de kaart en de visietekst, zijn ook te vinden op de volgende website: tragewegenoosterzele.be

De Werkgroep Trage Wegen Oosterzele komt nu met haar visie naar buiten omdat zij graag in contact komt met mensen en groeperingen die deze visie ondersteunen. Contact kan altijd genomen worden via de reactiemogelijkheden op de website, of rechtstreeks naar het mailadres tragewegen.oosterzele@gmail.com.

Visietekst “LoopLijnen door het Land van Oosterzele” – Een visie op Trage Wegen voor Gijzenzele-Landskouter-Moortsele

Het land van Oosterzele, laat met haar platteland een mooie ruimte tussen de woonkernen van onze gemeente. Helaas is deze ruimte maar matig toegankelijk voor inwoner of bezoeker. Ooit, voor de komst van de auto, was dat natuurlijk anders. Toen was het platteland doorsneden met wegen en wegeltjes die bijna natuurlijke verbindingen vormden tussen de verschillende bestemmingen en tussen de bewoners van dit gebied.

Kort na het ontstaan van België, vond men het belangrijk genoeg om dit op kaart vast te leggen en de Atlas der Buurtwegen kreeg vorm. In de loop der tijd is er natuurlijk veel veranderd en van nogal wat wegen en paden bleef niet veel meer over dan een streep op een kaart. Gelukkig zijn er ook mooie voorbeelden van behouden paden, of van wegels en wegen die opnieuw in gebruik zijn genomen.

Op een golf die veel groter is dan Oosterzele, surfen mensen, groepen, en overheden om de waarde van Trage Wegen tot hun recht te laten komen. Een van die groepen is de Trage Wegen Werkgroep Oosterzele, een onafhankelijke werkgroep bestaande uit inwoners van de gemeente Oosterzele. De groep laat zich inspireren en adviseren door de Vlaamse vereniging Trage Wegen vzw. Om een leidraad te hebben voor haar activiteiten schetste de groep het volgende beeld van Oosterzele waar ze met de Gemeente naar toe zou willen werken:

“Het grondgebied van Oosterzele laat dan een gebied zien dat voldoende dooraderd is met Trage Wegen zodat zich een min of meer samenhangend en gebruiksvriendelijk patroon heeft gevormd, een patroon dat aansluitingen heeft met onze buurgemeenten. In gedachten zien we een groepje kinderen spelend op weg naar school, veilig gebruikmakend van de Trage Weg. Hier en daar zien we een wandellus, wellicht uitgezet rond een bepaald thema. De wegen, weggetjes, wegels en paden passen op natuurlijke wijze bij de terreinsituatie ter plaatse; ze zien er aantrekkelijk en verzorgd uit. Op diverse plaatsen hebben ze een (hun oude?) naam gekregen. Ze bieden op verschillende manieren ruimte aan wandelaars, fietsers en andere ongemotoriseerde verplaatsingen als antwoord op, in hoofdzaak, de behoeften van lokale gebruikers. De Trage Wegen zijn gekend bij de bevolking en worden door hen gebruikt. Ze worden benut en onderhouden op een manier die aangeeft dat onze Trage Wegen gewaardeerd worden. Kortom we leven in een gemeente waar Trage Wegen “op de kaart staan”!

Om het ’handwerk’ op het gebied van Trage Wegen te leren, startte de werkgroep het ‘Proefproject Landskouter’. Een gebied dat grotendeels samenvalt met de oude gemeente Landskouter, werd gedegen verkend en de resultaten werden weergegeven op een evaluatie kaart. Een goed moment voor de werkgroep om zich met deze kaart bij de gemeente Oosterzele te presenteren.

En, zoals bij de boekdrukkunst, die op twee plaatsen tegelijk werd uitgevonden, was ook de Gemeente precies op dat moment in contact getreden met de Vlaamse Trage Wegen vzw met de uitnodiging tot het opstellen van een Trage Wegen plan voor het Noordelijke gedeelte van het gemeentelijke grondgebied, in feite een uitbreiding van het gebied van het ‘Proefproject’ met Gijzenzele en Moortsele. Sneller dan de groep zich had voorgesteld, was de gemeente bezig met precies dat wat de groep zich ten doel had gesteld: het uitvoeren van een Trage Wegen plan voor Oosterzele door de Gemeente.

In de nieuwe situatie participeren leden van de Werkgroep in de gemeentelijke werkvergaderingen en waren ze ondermeer actief bij het inventariseren van de wegen in het projectgebied. Na de informatieavond voor de bevolking wordt er van de diverse geledingen verwacht dat zij aangeven wat voor hen belangrijk is en waarom. Dit kan door het invullen van een bundel die in principe per weg of wegel ingevuld dient te worden.

Hier doet zich het probleem voor dat het soms moeilijk is om van een bepaalde weg het belang aan te geven als deze niet in een groter verband bekeken wordt.

Daarom heeft Werkgroep, op basis van de Evaluatiekaart van de Gemeente, een kaart gemaakt waarop (vooral) een aantal mogelijke “looplijnen” zijn uitgezet: verbindingslijnen, voor wandelaar of fietser, tussen uit elkaar liggende plaatsen. Bijvoorbeeld een looplijn tussen Gijzenzele en Moorsele of tussen Oosterzele en het Aelmoeseneiebos. De looplijnen zijn zo uitgezet dat ze zoveel mogelijk gebruik maken van Trage Wegen, en daar waar dat niet mogelijk is, ze de ‘snelle weg’ kiezen. Op deze manier worden de meeste Trage Wegen een schakel in een groter geheel, een schakel die dan ook niet meer gemist kan worden, tenzij er een alternatief voorhanden is. Door het uittekenen van deze looplijnen ontstaat er als vanzelf een netwerk waarin grotere en kleinere lussen zichtbaar worden. Het netwerk wordt hoofdzakelijk gevormd door Buurtwegen uit de Atlas. De bevolking heeft een zeker recht op gebruik ervan, een recht waarvoor ook de Gemeente zich sterk zou dienen te maken! De genoemde lussen lenen zich uitstekend voor een kleine buurtwandeling door de bewoners van het gebied; de wandeling kan gemakkelijk worden uitgebreid door verschillende lussen met elkaar te combineren. De looplijnen geven ook een eerste inzicht in de verbindingen met de buurgemeenten en vormen zo een mogelijke basis voor een later te introduceren netwerk van wandel/fietsknooppunten.

Bekijk de bijgevoegde kaart, sluit uw ogen en stel u voor dat deze looplijnen voor u beschikbaar zijn.

Share Button